Last van LFT?

Hoe eisend ben jij?

Een LFT-er, iemand met een lage frustratie tolerantie, ben je natuurlijk niet op alle terreinen. Misschien ben je enorm stoer als het gaat om zwemmen in koud water of ben je bijzonder geduldig met trainees die je de hele dag allerlei vragen stellen. Maar als je op sommige gebieden, vaak onbewust, de eis stelt, dat de dingen moeten gaan zoals jij wilt, zonder dat je daar echt invloed op kunt uitoefenen, vertoon je LFT gedrag.

Check eens of je jezelf - al dan niet binnensmonds - hoort zeggen:
• ‘Ik word echt gek van.. die computer, een lekke band en ook nog nú, mijn manager’.
• ‘Dat zwijgen van mijn collega of juist die herrie, dat is echt niet te verdragen’.
• ‘Ik kan niet tegen domheid, dat inefficiënte getut hier’.

Er vloeit veel energie uit je weg als je vaak gefrustreerd bent en je ergert of verdrietig bent over zaken die in jouw gevoel te zwaar zijn of door anderen verkeerd aangepakt. Herken je iets bij jezelf? Lees dan verder.

Heb je eigenlijk wel last van LFT?
Mogelijk heb je zelf niet direct last van je LFT gedrag. Waarschijnlijk herken je het ook niet als zodanig. Je hebt er hoogstens last van dat je baalt van die stomme organisatie of klanten, van de domheid van anderen, of van je tegenvallers. Of misschien van het gegeven dat anderen je een beetje ontlopen, omdat je soms wat prikkelbaar kunt zijn.

Stress omarmen als basis
Je ervaart stress en die kun je verminderen door anders te denken. In het vorige artikel had ik het er over dat je gezonder en dus ook ouder kunt worden als je accepteert dat stress erbij hoort. Je niet verzet tegen dat extra hard kloppende hart en die zweethanden, tegen dat gepieker: maar ziet dat dat effectieve manieren zijn om je hersenen van voldoende zuurstof te voorzien en oplossingen te vinden. Dat denken, is een mooie basis.

Werken aan twee kanten, daar word je heel relaxed van
Daarnaast kun je stress verminderen door anders te denken over zaken die stress oproepen. Daar gaat dit artikel over. Als beide veranderingen in denken je lukken, is de kans groot dat je gezonder en ouder wordt. Je ervaart minder stress en de stress die je voelt, zie je als functioneel. Drie soorten van eisen die je je als LFT’er kunt stellen:

1. De eis van gemak: ofwel ‘Dat trek ik echt niet meer’. 
Het gaat hier eigenlijk om je angst voor het ongemak. Het gevoel dat je het alleen maar redt als de zaken meezitten. Bij voorbeeld: de overtuiging dat je niet een afwijzing kunt verdragen, niet nog zo’n zeurende klant, niet weer een file. Alsof je een teller hebt die meet: zo is het genoeg geweest voor vandaag met al dat ongemak: je hebt je taks bereikt.

2. De eis van kwaliteit, ofwel: ‘Dat is toch niet zo moeilijk?’ 
Je ergert je aan alle domheid of inefficiëntie binnen de organisatie, aan je manager die zulke slechte functioneringsgesprekken houdt, aan de incompetente klanten, aan de overdreven procedures die de overheid stelt. Het eisen dat anderen voldoen aan jouw normen is een irrationele eis. Misschien denk je: ‘Ik lever toch ook kwaliteit, dan kunnen zij dat toch ook?’.

3. De eis van rechtvaardigheid, ofwel: ‘Gewoon een beetje fatsoenlijk, is dat nu teveel gevraagd?’
Het zou echt mooi zijn als de zaken altijd eerlijk zouden lopen en iedereen zich aan zijn afspraken hield. Als mensen zouden inzien hoe ze ons rechtvaardig zouden moeten behandelen: door nu eindelijk wel die promotie te geven, te zien wat je aandeel was in een project, door rekening te houden met het feit dat je extra zorg hebt omdat je moeder een het ziekenhuis ligt.

Wat kun je doen?
Je hebt last van zaken: het is enorm vervelend als je in een organisatie werkt waar zaken slecht geregeld zijn. Of als er minder zorgvuldig met je omgegaan wordt. Maar door te eisen dat er rekening met jouw voorkeuren gehouden wordt, bereik je zelden iets. Het vergt vaak dat anderen hun best moeten doen en dat doen ze alleen maar als ze overtuigd zijn. Dat vergt weer dat je je hoofd koel houdt en je niet laat overmannen door frustratiegevoelens. Alleen met een koel hoofd kun je empathisch zijn en zo kijken of je de ander kunt meekrijgen. Of een slim plan bedenken, waardoor de ander wel moet. Of denken dat je je beter op andere zaken kunt richten, omdat je weinig invloed op hebt of het misschien ook niet de moeite waard is.

Probeer eens: 
• Stel jezelf de vraag: kan ik hier invloed op hebben? Of verspil ik mijn energie, talent en goede humeur aan zaken die niets opleveren?
• Kan je ook praktische zaken veranderen, waardoor je minder last hebt van de situatie? (met ov gaan of vaker thuiswerken als je last hebt van de file)
• Kun je ook misschien echt actie ondernemen om iets te veranderen? (bv een klacht indienen of een politieke partij beginnen, van baan veranderen)
• Je te verplaatsen in het belang van die ander. Zou het kunnen zijn dat anderen heel andere ideeën hebben van efficiency en fatsoen, zonder dat ze overall slecht of stom bezig zijn?
• Sta eens stil bij de vraag of het realistisch te verwachten is dat de ander gaat veranderen, omdat jij dat wilt? Denk eens na over dingen die jij doet waaraan anderen zich ergeren.
• Let op de woorden die je ongemerkt gebruikt en die vaak iets overdreven in zich hebben: “ik word gek!”. Door dat te herhalen, voelt het zwaarder.
• Leid jezelf af op het punt dat je het meest gefrustreerd bent. Gun je hersenen niet de kans om een snelweg van negatieve gedachten te bouwen.
• Zoek mensen om je heen die zich niet snel ergeren aan zaken.